Belastingplan

Wijzigingen omzetbelasting per 1 januari 2026

Wijzigingen omzetbelasting per 1 januari 2026 800 480 AL Raad & Partners

Diensten aan onroerende zaken

In de Wet OB 1968 is een regeling opgenomen voor herziening van de vooraftrek van btw bij wijziging van het gebruik van een investeringsgoed. De wet voorziet momenteel niet in de mogelijkheid om btw die op diensten drukt over een aantal jaren te herzien. Het past in de systematiek van de btw en het beginsel van de fiscale neutraliteit om een dienst, die meerjarig is, te volgen om de btw-aftrek te laten aansluiten bij het daadwerkelijke gebruik van de dienst. De btw-richtlijn staat de lidstaten toe om een herzieningsregeling toe te passen op diensten die de kenmerken bezitten van investeringsgoederen. Dit zijn diensten met een duurzaam karakter. Door een uitbreiding van de herzieningsregeling naar dergelijke diensten wordt de initieel in aftrek gebrachte btw in overeenstemming gebracht met het gebruik van het object voor belaste of vrijgestelde prestaties in die periode. Er is gekozen voor een herzieningstermijn van vijf boekjaren. Om te voorkomen dat kleine investeringsdiensten onder de maatregel vallen, wordt een drempelbedrag van € 30.000 per investeringsdienst ingevoerd. Deze maatregel treedt per 1 januari 2026 in werking.

Laag tarief

Voorgesteld wordt het verlaagde btw-tarief voor een aantal posten te laten vervallen per 1 januari 2026. Het gaat om het verstrekken van logies binnen het kader van het hotel-, pension- en vakantiebestedingsbedrijf aan personen die daar slechts voor een korte periode verblijf houden en om bepaalde culturele goederen en diensten. De afschaffing van het lage tarief geldt niet voor het geven van gelegenheid tot kamperen en voor het verlenen van toegang tot attractieparken, speel- en siertuinen, en andere voor vermaak en dagrecreatie ingerichte voorzieningen, circussen, dierentuinen en bioscopen.

Bron:Ministerie van Financiën| wetsvoorstel| 17-09-2024

Voorgestelde wijzigingen autobelastingen

Voorgestelde wijzigingen autobelastingen 800 533 AL Raad & Partners

Vereenvoudiging van de voertuigclassificaties

Voorgesteld wordt om voor de autobelastingen aan te sluiten bij de definities van voertuigen in het kentekenregister. Het voorstel heeft gevolgen voor de definities van personenauto en bestelauto. De aansluiting bij de definities van het kentekenregister werkt door naar de bijtellingsregels in de loon- en inkomstenbelasting.

Vervallen tarieftabel in de bpm voor PHEV’s

De Wet bpm bevat een specifieke tarieftabel voor plug-in hybride voertuigen (PHEV's). In verband met recente wijzigingen in de Europese regelgeving wordt voorgesteld om vanaf 1 januari 2025 af te zien van de specifieke PHEV-tarieftabel. De methode aan de hand waarvan de CO2-uitstoot van een PHEV wordt vastgesteld wordt  gewijzigd met ingang van 1 januari 2025 en 1 januari 2027. De CO2-waarde van een PHEV komt door deze methode dichter bij de praktijkuitstoot te liggen.

Vervallen bpm-vrijstelling voor de bestelauto van een ondernemer

Als gevolg van het Belastingplan 2023 vervalt de bpm-vrijstelling voor de bestelauto van een ondernemer per 1 januari 2025. Met ingang van deze datum wordt de grondslag van de bpm voor bestelauto’s de CO2-uitstoot. Er komt een specifiek forfait voor bestelauto’s waarvoor geen CO2-uitstootwaarde op basis van de WLTP is vastgesteld.

Voor een bestelauto voor een gehandicapte kan de teruggaafregeling gebruikt worden zonder dat de bpm eerst moet worden voorgefinancierd. Hierdoor ontstaat ook ruimte om in alle gevallen de bpm te heffen van degene die de inschrijving, wijziging van de inschrijving of herinschrijving van een bestelauto aanvraagt.

Tariefkorting in de mrb voor emissievrije personenauto’s

Emissievrije personenauto’s zijn door het gewicht van de accu zwaarder dan vergelijkbare fossiele auto’s. Op dit moment betalen bezitters van een emissievrij voertuig geen mrb en per 1 januari 2025 een kwarttarief. Vanaf 1 januari 2026 geldt een aangepaste tariefkorting van 25% in de mrb. Vanaf 2030 vervalt de korting. De tariefkorting geldt zowel voor het rijksdeel als voor de provinciale opcenten. Deze maatregel maakt de aanschaf van zowel nieuwe als tweedehands elektrische personenauto’s aantrekkelijker.

Bron:Ministerie van Financiën| wetsvoorstel| 17-09-2024

Energiebelastingen

Energiebelastingen 800 533 AL Raad & Partners

Wijziging energiebelastingtarieven op aardgas

De energierekening voor aardgas is de afgelopen jaren gestegen door de verhoging van de leveringstarieven, netbeheerskosten en energiebelastingtarieven. Ter compensatie stelt het kabinet voor de energiebelasting op aardgas tot een verbruik van 170.000 m3 te verlagen met 2,8 cent per m3 in 2025, oplopend naar 4,8 cent per m3 in 2030 (in prijspeil 2024).

Separaat tarief voor waterstof in de energiebelasting

In de energiebelasting wordt energetisch verbruik van waterstof nu nog hetzelfde belast als energetisch verbruik van aardgas. Het kabinet wil per 1 januari 2026 een separaat tarief invoeren voor het energetisch verbruik van waterstof in de energiebelasting. Dat tarief zal lager zijn dan het tarief voor aardgas. Daarmee wordt voorkomen dat de energiebelasting een remmende werking heeft op de energetische toepassing van waterstof waar het als vervanging kan dienen voor aardgas.

Grondslag groen gas

Onder de CO2-heffing glastuinbouw moet belasting worden betaald over het aantal ton kooldioxide dat is veroorzaakt op basis van het aantal normaalkubiekemeters aardgas dat door het glastuinbouwbedrijf of het energiebedrijf voor glastuinbouw is verstookt. Onder de huidige CO2-heffing wordt ook het gebruik van groen gas belast. Het kabinet vindt dit onwenselijk. Het uitzonderen van groen gas in de heffingsgrondslag is complex. De grondslag wordt daarom nog niet in dit Belastingplan gewijzigd. Het kabinet heeft het voornemen om de CO2-heffing glastuinbouw in 2025 te evalueren.

Accijns

De accijnstarieven voor ongelode benzine, diesel en LPG zijn sinds 1 april 2022 verlaagd. Per 1 juli 2023 is de verlaging gedeeltelijk teruggedraaid. Het kabinet stelt voor om deze verlaagde accijnstarieven te verlengen tot en met 31 december 2025. Evenals per 1 januari 2024 worden de tarieven per 1 januari 2025 niet geïndexeerd.

Bron:Ministerie van Financiën| wetsvoorstel| 17-09-2024

Uitvoeringstoetsen amendementen op Belastingplan 2024

Uitvoeringstoetsen amendementen op Belastingplan 2024 800 663 AL Raad & Partners

De staatssecretaris van Financiën heeft de uitvoeringstoetsen bij de amendementen op het Belastingplan 2024 naar de Tweede Kamer gestuurd.

Bedrijfsopvolgingsregeling en doorschuifregeling aanmerkelijk belang

Als gevolg van het amendement betreffende de bedrijfsopvolgingsregeling in de schenk- en erfbelasting (BOR) en de doorschuifregeling voor een aanmerkelijk belang (DSR-ab) vervalt de ondergrens van 0,5% voor een verwaterd indirect belang. Ook wordt de toegang tot de BOR verruimd voor kleine belangen in familiebedrijven. Volgens het amendement volstaat een gezamenlijk belang van de familie van ten minste 25%. Beide wijzigingen verslechteren de handhaafbaarheid ingrijpend. De verruiming van de toegang tot de BOR voor belangen in familiebedrijven staat naar verwachting op gespannen voet met het gelijkheidsbeginsel. De Belastingdienst voorziet een toevloed aan bezwaren tegen afwijzingen van verzoeken om toepassing van de regeling, die niet op grond van de maatregel in aanmerking komen, mogelijk leidend tot een massaalbezwaarprocedure. Door het ontbreken van relevante gegevens aan de hand waarvan toezicht kan worden uitgeoefend, worden de regelingen fraudegevoeliger.

30%-regeling

De onbelaste vergoeding voor extraterritoriale kosten wordt gedurende de looptijd van de 30%-regeling stapsgewijs afgebouwd. Gedurende 20 maanden bedraagt de vrijgestelde vergoeding 30%, de volgende 20 maanden 20% en de laatste 20 maanden van de looptijd 10%. De Belastingdienst verwacht dat de versobering van de 30%-regeling tot gevolg zal hebben dat werknemers in de laatste 20 maanden van de looptijd kiezen voor vergoeding van de werkelijke extraterritoriale kosten. Vergoeding of verstrekking van de werkelijke kosten is gevoeliger voor fouten, oneigenlijk gebruik en misbruik.

Bron:Ministerie van Financiën| publicatie| 2024-0000232746 | 12-05-2024

Alternatieve dekkingsopties voor maatregelen uit Belastingplan 2024

Alternatieve dekkingsopties voor maatregelen uit Belastingplan 2024 800 510 AL Raad & Partners

Bij de behandeling van het Belastingplan 2024 heeft de Eerste Kamer inhoudelijke bezwaren geuit tegen vijf daarin opgenomen maatregelen. Het betreft de wijziging van de 30%-regeling, de afschaffing van de inkoopvrijstelling in de dividendbelasting, de verhoging van het hoge tarief in box 2 van 31% naar 33%, de verhoging van het tarief in box 3 van 34% naar 36% en de verhoging van de bankenbelasting. De staatssecretaris heeft destijds toegezegd om bij de voorjaarsbesluitvorming met alternatieve maatregelen te komen. In een brief aan de Eerste Kamer voldoet hij aan zijn toezegging. De staatssecretaris wijst erop dat de voorjaarsbesluitvorming nog niet is afgerond.

Gegeven de demissionaire status van het kabinet is de uiteindelijke keuze aan het parlement. De hiervoor genoemde maatregelen zijn op initiatief van de Tweede Kamer genomen en door beide Kamers aangenomen. Wanneer wordt gekozen voor alternatieven zullen deze maatregelen worden opgenomen in het Belastingplan 2025.

Overzicht mogelijke alternatieve maatregelen

Het kabinet heeft zo veel mogelijk gezocht naar alternatieven binnen het domein van de afzonderlijke amendementen.

1. Afschaffen inkoopfaciliteit.

Het kabinet vindt het verstandig wanneer het parlement zou besluiten tot een alternatief voor het afschaffen van de inkoopfaciliteit. Alternatieve dekkingsopties zijn de afschaffing van negatief geëvalueerde regelingen in de omzetbelasting, het verhogen van de Aof-premie of aanpassingen in de tarieven van de vennootschapsbelasting. Dat kan zijn het verhogen van het opstaptarief, een verlaging van de schijfgrens of een verhoging van het reguliere Vpb-tarief. De laatste optie wordt gezien als het meest schadelijk voor het vestigingsklimaat van de aanpassingen in de Vpb.

2. Verhogen bankenbelasting

Er zijn geen geschikte alternatieven voor handen om de inkomstenderving van het terugdraaien van de verhoging van de bankenbelasting te compenseren bij dezelfde groep.

3. Verhoging tarief box 2

Het hoge tarief in box 2 is door het amendement op het Belastingplan 2024 te hoog geworden ten opzichte van het tarief in box 1. Het eerste alternatief is om een verlaging van het hoge tarief te financieren uit een versobering van de mkb-winstvrijstelling. Het tweede alternatief is een verhoging van het lage box 2-tarief.

4. Verhoging tarief box 3

Voor het terugdraaien van de verhoging van het tarief in box 3 ziet het kabinet drie alternatieve dekkingsopties. De eerste is een verhoging van het eigen woningforfait. De tweede is een verhoging van de tarieven in de schenk- en erfbelasting met 1,9%-punt. De derde optie is een verlaging van het heffingvrije vermogen in box 3 van € 58.026 naar € 46.455. De staatssecretaris wijst erop dat de tarieven van box 2 en box 3 niet te veel uiteen mogen lopen.

5. Versobering 30%-regeling

De Eerste Kamer heeft een motie aangenomen om de evaluatie van de 30%-regeling naar voren te halen en op basis van deze evaluatie met een alternatief te komen voor de versobering van deze regeling. De staatssecretaris verwacht voorlopige conclusies van de evaluatie vóór het debat over de Voorjaarsnota te kunnen aanbieden aan de Kamers. De tussenrapportage zal een overzicht bevatten van alternatieve maatregelen. De eindrapportage wordt in juli verwacht.

Bron:Ministerie van Financiën| publicatie| 2024-0000211643 | 04-04-2024

Belastingplan 2024 grotendeels aangenomen

Belastingplan 2024 grotendeels aangenomen 800 454 AL Raad & Partners

De Eerste Kamer heeft ingestemd met het merendeel van de wetsvoorstellen, die samen het Belastingplan 2024 vormen. Het pakket Belastingplan 2024 omvat de volgende wetsvoorstellen:

  • Het Belastingplan 2024;
  • Het Belastingplan BES eilanden 2024;
  • Overige fiscale maatregelen 2024;
  • Wet aanpassing fiscale bedrijfsopvolgingsfaciliteiten 2024;
  • Wet aanpassing fiscale beleggingsinstelling;
  • Wet aanpassing fonds voor gemene rekening en vrijgestelde beleggingsinstelling;
  • Wet compensatie wegens selectie aan de poort;
  • Wet fiscaal kwalificatiebeleid rechtsvormen;
  • Wet fiscale klimaatmaatregelen glastuinbouw;
  • Wet herwaardering proceskostenvergoedingen WOZ en bpm;
  • Wet tijdelijke regeling herzien aangifte inkomstenbelasting;
  • Wet verlaging eigen bijdrage huurtoeslag;
  • Bevriezing dubbele algemene heffingskorting in het referentieminimumloon;
  • Intensivering van het kindgebonden budget in verband met koopkrachtondersteuning;
  • Wet fiscale klimaatmaatregelen industrie en elektriciteit.

De voorstellen Fiscale verzamelwet 2024 en Wet minimumbelasting 2024 zijn gezamenlijk met het Pakket Belastingplan 2024 behandeld en aangenomen. Het voorstel Wet fiscale klimaatmaatregelen industrie en elektriciteit is verworpen. Bij de behandeling van het Belastingplan 2024 in de Eerste Kamer zijn 23 moties ingediend. Daarvan zijn er 15 aangenomen en zes verworpen. Een motie is ingetrokken; een motie is aangehouden.

In de moties vraagt de Eerste Kamer om voortaan belastingmaatregelen eerder in te dienen en om een meerjarige wetgevingsagenda fiscaliteit. Daarnaast roept de Kamer het kabinet op om de inflatiecorrectie volledig toe te passen, de invoeringsdatum van de nieuwe verbruiksbelasting op alcoholvrije dranken uit te stellen tot 1 januari 2025 en om een nultarief in de verbruiksbelasting in te voeren voor dranken zonder toegevoegde suikers. De Kamer wil verder dat in het Belastingplan 2025 een alternatief dekkingsvoorstel voor het hogere minimumloon komt. Ook wil de Kamer de inkoopfaciliteit eigen aandelen behouden en de 30%-regeling aanpassen. De staatssecretaris van Financiën heeft toegezegd bij de Voorjaarsnota 2024 met alternatieven te komen.

Bron:Ministerie van Financiën| wetsvoorstel| 36418| 18-12-2023

Belastingplan 2024 door Tweede Kamer

Belastingplan 2024 door Tweede Kamer 800 533 AL Raad & Partners

De Tweede Kamer heeft de wetsvoorstellen van het pakket Belastingplan 2024 aangenomen. Dat ging niet zonder slag of stoot, getuige het grote aantal aangenomen amendementen waarmee de oorspronkelijke voorstellen zijn gewijzigd. De belangrijkste wijzigingen zijn:

Inkomstenbelasting

  • Het hoge tarief in box 2 bedraagt per 1 januari 2024 niet 31% maar 33%.
  • Het maximumbedrag van een schuld aan de eigen vennootschap (excessief lenen uit de eigen bv) wordt per 1 januari 2024 verlaagd van € 700.000 naar € 500.000.
  • Het tarief in box 3 gaat per 1 januari 2024 naar 36%.
  • De tabelcorrectiefactor wordt verlaagd naar 1,094941. De hoogste tariefschijf voor de loon- en inkomstenbelasting begint daardoor bij een bedrag van € 75.518. De verlaging van de correctiefactor heeft ook gevolgen voor de arbeidskorting.
  • De mkb-winstvrijstelling bedraagt in 2024 13,31%.
  • De vrijstelling voor groen sparen en beleggen in box 3 wordt per 1 januari 2025 verlaagd naar € 30.000.
  • De IACK wordt afgebouwd in negen stappen, ingaande per 1 januari 2027. De IACK blijft van toepassing voor alle ouders die voldoen aan de inkomens- en gezinsvoorwaarden, dus ook voor ouders van kinderen geboren na 31 december 2024. Per 1 januari 2035 zal de IACK zijn uitgewerkt.

Loonbelasting

  • De 30%-regeling wordt per 1 januari 2024 versoberd. Gedurende de eerste 20 maanden van de looptijd bedraagt de vrijstelling 30% van het belastbare loon, voor de volgende 20 maanden 20% en daarna gedurende maximaal 20 maanden 10%. De maximale looptijd van de regeling bedraagt 60 maanden. Er geldt een overgangsregeling voor werknemers die in 2023 beschikken over een 30%-beschikking.

Werknemersverzekeringen

  • Het hoge tarief van de Aof-premie wordt verhoogd met 0,05%-punt.

Bedrijfsopvolgingsregelingen

  • Van de waarde van een onderneming voor de toepassing van de bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) boven het plafond van de volledige vrijstelling is per 1 januari 2025 75% vrijgesteld. Nu is dat nog 83%. In het wetsvoorstel was een verlaging naar 70% voorgesteld. De drempel van een indirect aanmerkelijk belang van 0,5%, als de verkrijger een bloed- of aanverwant in de neergaande lijn is, vervalt per 1 januari 2025.
  • Per 1 januari 2024 vallen aan derden ter beschikking gestelde onroerende zaken niet meer onder de BOR en de doorschuifregeling voor het aanmerkelijk belang in de inkomstenbelasting. De terbeschikkingstelling van landbouwgrond in het kader van voor teelten noodzakelijke vruchtwisseling op grond van een pachtovereenkomst is daarvan uitgezonderd. De voorwaarde dat een pachtovereenkomst is geregistreerd bij de grondkamer vervalt.

Vennootschapsbelasting

  • De voorgestelde afschaffing van de giftenaftrek vervalt.

Dividendbelasting

  • De inkoopfaciliteit in de dividendbelasting vervalt per 1 januari 2025. Dit heeft tot gevolg dat de inkoop van eigen aandelen even zwaar wordt belast als het uitkeren van dividend.

Bankenbelasting

Beide tarieven van de bankenbelasting worden verhoogd. Het tarief over het deel van het belastbare bedrag dat betrekking heeft op kortlopende schulden wordt verhoogd van 0,044% naar 0,058%. Het tarief over het deel van het belastbare bedrag dat op langlopende schulden betrekking heeft, wordt verhoogd van 0,022% naar 0,029%.

Energiebelasting

  • De belastingvermindering wordt voor 2024 verhoogd en bedraagt dan € 521,78 (exclusief omzetbelasting).
  • De afschaffing van de vrijstelling duaal verbruik en non-energetisch gebruik kolen wordt vervroegd van 2028 naar 2027.
  • Het energiebelastingtarief voor walstroom wordt vanaf 2024 in tien jaarlijkse stappen verhoogd. Daarmee wordt de verlaging van het energiebelastingtarief op elektriciteit in de eerste schijf gefinancierd.
  • Het afbouwpad voor het verlaagde tarief voor de glastuinbouw wordt verlengd naar tien jaar. Ter dekking komt er in 2025 een CO2-heffing voor de glastuinbouwsector.

Vliegbelasting

Per 1 juli 2024 wordt het maximaal toegelaten startgewicht voor de vliegbelasting verlaagd naar 4.000 kilogram. Vliegtuigen, die worden ingezet als sproei-, les- of ambulancevliegtuig kunnen bij AMvB worden uitgezonderd van de vliegbelasting.

Kansspelbelasting

Het tarief voor de kansspelbelasting wordt per 1 januari 2024 verhoogd van 29,5 naar 30,5%.

Inzagerecht

  • Een belastingplichtige of inhoudingsplichtige krijgt een recht op inzage in zijn fiscale dossier. Op een verzoek om inzage wordt gereageerd bij voor bezwaar vatbare beslissing. De fiscale geheimhoudingsplicht geldt niet voor inzage in het eigen dossier.

Accijns

  • De huidige accijnskorting voor benzine, diesel en LPG geldt ook in 2024. De jaarlijkse indexatie wordt per 1 januari 2024 niet toegepast.
  • De voorgestelde verhoging van de accijns op alcohol met 16,3% wordt nagenoeg gehalveerd. Het accijnstarief op tabak wordt verhoogd.

Proceskostenvergoeding

De voorgestelde maatregelen betreffende proceskostenvergoedingen voor de WOZ en de bom worden ook toegepast op administratiefrechtelijke sancties in verkeerszaken.

Bron:Ministerie van Financiën| wetsvoorstel| 25-10-2023

Nota van wijziging wetsvoorstel Wet fiscaal kwalificatiebeleid rechtsvormen

Nota van wijziging wetsvoorstel Wet fiscaal kwalificatiebeleid rechtsvormen 800 529 AL Raad & Partners

De staatssecretaris van Financiën heeft een nota van wijziging op het wetsvoorstel fiscale kwalificatie van rechtsvormen ingediend. Aanvankelijk had het kabinet het voornemen om de open commanditaire vennootschap (cv) af te schaffen per 1 januari 2024. Hierdoor zou in bepaalde situaties de bronbelasting op dividenden, die op per 1 januari 2024 in werking treedt, achterwege kunnen blijven. Nu de open cv pas op 1 januari 2025 komt te vervallen, wordt in 2024 mogelijk bronbelasting geheven, doordat in Nederland open cv’s fiscaal als niet-transparant gekwalificeerd worden en in het buitenland als transparant. Door de nota van wijziging wordt in bepaalde situaties vanaf 1 januari 2024 geen bronbelasting op dividenden geheven van een open cv of een daarmee vergelijkbaar buitenlands lichaam. In plaats daarvan wordt bij de achterliggende gerechtigden bepaald of sprake is van belastingplicht voor de bronbelasting op dividenden.

De maatregel geldt alléén voor de bronbelasting op dividenden. Een open cv kan in 2024 wel belastingplichtig zijn voor de bronbelasting op rente en royalty’s.

Bron:Ministerie van Financiën| wetsvoorstel| 2023-0000226627, 36 425 | 12-10-2023

Tweede nota van wijziging Belastingplan 2024

Tweede nota van wijziging Belastingplan 2024 800 533 AL Raad & Partners

De staatssecretaris van Financiën heeft een tweede nota van wijziging op het wetsvoorstel Belastingplan 2024 ingediend. Belangrijkste aanpassing is een beperking van de inflatiecorrectie in de inkomstenbelasting. Deze beperking is aangebracht op verzoek van de Tweede Kamer om een verhoging van de kinderbijslag te financieren. De beperking werkt door naar de drempelbedragen voor vermogenstoets voor de toeslagen. De wettelijke inflatiecorrectie per 1 januari 2024 bedraagt 9,9%. In plaats daarvan wordt de toe te passen inflatiecorrectie vastgesteld op 9,61%.

De hoogste inkomensschijf begint na beperking van de indexatiefactor € 75.549 in plaats van € 75.624. Het maximum van de algemene heffingskorting daalt van € 3.374 naar € 3.366. De afbouw van deze heffingskorting begint bij een inkomen van € 24.839 in plaats van € 24.904. De maximale arbeidskorting daalt door de ingreep van € 5.553 naar € 5.538. De arbeidskorting daalt vanaf een inkomen van € 39.939 in plaats van € 39.898.

Ook de grenzen voor de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek, de maximumbedragen voor de vrijstellingen van groen beleggen en van contant geld, de aanslag- en teruggavedrempel, de hoogste grens van de eigenwoningwaarde voor het eigenwoningforfait en de drempelbedragen voor de beschikking rendementsgrondslag worden met de verlaagde factor geïndexeerd.

In deze nota van wijziging wordt ook de voorkoming van economisch dubbele belasting tussen de aanvullende maatregel voor gecontroleerde buitenlandse entiteiten in de vennootschapsbelasting (de aanvullende CFC-maatregel) en de kwalificerende binnenlandse bijheffing in het wetsvoorstel Wet minimumbelasting 2024 geregeld.

Bron:Ministerie van Financiën| wetsvoorstel| 36418| 15-10-2023

Tweede Kamer wil veel aanpassingen in Belastingplan 2024

Tweede Kamer wil veel aanpassingen in Belastingplan 2024 800 509 AL Raad & Partners

Bij de Algemene Politieke Beschouwingen heeft de Tweede Kamer een groot aantal moties aangenomen met fiscale gevolgen. De Kamer heeft de volgende wensen geuit:

  • De taakstelling voor belastingconstructies en fiscale regelingen moet worden gerealiseerd, waarmee de inkomstenbelasting voor 2024 niet wordt verhoogd.
  • Het deskundigheidsvereiste voor toepassing van de 30%-regeling moet worden aangescherpt.
  • De regering moet winstdeling van bedrijven aan werknemers stimuleren. In dat kader moet de regering onderzoeken welke fiscale en andere obstakels winstdeling aan werknemers belemmeren.
  • De korting op accijns van benzine en diesel moet ook in 2024 gelden en de accijnzen worden eenmalig niet geïndexeerd. Daarnaast wil de Kamer dat de energiebelasting voor huishoudens wordt verlaagd met € 200 miljoen structureel. Deze voorstellen zouden gefinancierd moeten worden uit de incidentele en structurele middelen van de aanvullende post, uit meeropbrengsten in de aardgasbaten en uit het Nationaal Groeifonds.
  • De regering moet zich inzetten om de financiële en fiscale voordelen voor het gebruik van fossiele brandstoffen in de lucht- en scheepvaart en de industrie af te schaffen.
  • De vliegbelasting moet ook worden geheven van transferpassagiers en van privévliegtuigen. De uitbreiding van de vliegbelasting is bedoeld om de energiebelasting op aardgas voor huishoudens te verlagen.
  • Het minimumloon moet met 1,7% extra worden verhoogd. De koppeling van de uitkeringen aan het netto minimumloon moet behouden worden. Verder moet het budget voor de kinderopvang worden verhoogd met € 425 miljoen, zodat de maximumuurprijs voor de kinderopvang en de buitenschoolse opvang kan aansluiten bij de werkelijke prijzen. De voorgestelde verlaging van het afbouwpunt van het kindgebonden budget voor paren met € 9.000 moet vervallen. Deze voorstellen zouden gefinancierd moeten worden door de inkoop van eigen aandelen te belasten als het uitkeren van dividend, de opbrengst van de bankenbelasting te verhogen met € 350 miljoen en een verhoging van de tarieven in box 2 en box 3 met 2%-punt.
Bron:Tweede Kamer| wetsvoorstel| 21-09-2023
  1. Algemeen

In deze privacyvoorwaarden wordt verstaan onder:

  • Algemene voorwaarden: de Algemene voorwaarden van Verwerker, die onverkort van toepassing zijn op iedere afspraak tussen Verwerker en Verantwoordelijke en van welke Algemene voorwaarden deze privacyvoorwaarden onlosmakelijk deel uitmaken.
  • Verwerker: de Vennootschap onder firma A&L Finance h/o AL Raad & Partners, statutair gevestigd te en kantoorhoudende aan Multatulilaan 10 te Roosendaal en alle aan gelieerde entiteiten, waaronder maar niet uitsluitend, eveneens Opdrachtnemer.
  • Gegevens: de persoonsgegevens zoals omschreven in Annex 1.
  • Opdrachtgever: de natuurlijke persoon of rechtspersoon die aan Opdrachtnemer opdracht heeft gegeven tot het verrichten van Werkzaamheden, eveneens Verantwoordelijke.
  • Opdrachtnemer: de Vennootschap onder firma A&L Finance h/o AL Raad & Partners, statutair gevestigd te en kantoorhoudende aan Multatulilaan 10 4707 LZ te Roosendaal eveneens Verwerker.
  • Overeenkomst: elke afspraak tussen Opdrachtgever en Opdrachtnemer tot het verrichten van Werkzaamheden door Opdrachtnemer ten behoeve van de Opdrachtgever, conform het bepaalde in de opdrachtbevestiging.
  • Verantwoordelijke: de Opdrachtgever die als natuurlijk persoon of rechtspersoon aan de Opdrachtnemer, eveneens Verwerker, opdracht heeft gegeven tot het verrichten van Werkzaamheden.
  • Werkzaamheden: alle werkzaamheden waartoe opdracht is gegeven, of die door Opdrachtnemer uit anderen hoofde worden verricht. Het voorgaande geldt in de ruimste zin van het woord en omvat in ieder geval de werkzaamheden zoals vermeld in de opdrachtbevestiging.

 

  1. Toepasselijkheid privacyvoorwaarden
  • Deze privacyvoorwaarden zijn van toepassing op alle gegevens die in het kader van de uitvoering van de Overeenkomst met Opdrachtgever door Opdrachtnemer worden verzameld voor Opdrachtgever, alsmede op alle uit de Overeenkomst voor Opdrachtnemer voortvloeiende Werkzaamheden en de in dat kader te verzamelen gegevens.
  • Verantwoordelijke is verantwoordelijk voor de verwerking van de Gegevens zoals omschreven in Annex 1.
  • Bij de uitvoering van de Overeenkomst verwerkt Verwerker bepaalde persoonsgegevens voor Verantwoordelijke.
  • Dit is een verwerkersovereenkomst is de zin van artikel 28 lid 3 Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG), waarin de rechten en verplichtingen ten aanzien van de verwerking van de persoonsgegevens schriftelijk is geregeld, waaronder ten aanzien van de beveiliging. Deze verwerkersovereenkomst in ten opzichte van Verantwoordelijke bindend voor deze Verwerker.
  • Deze privacy-voorwaarden maken, net als de Algemene voorwaarden van Verwerker, onderdeel uit van de Overeenkomst en alle toekomstige overeenkomsten tussen partijen.

 

  1. Reikwijdte privacy-voorwaarden
  • Met het geven van de opdracht tot het verrichten van Werkzaamheden heeft Verantwoordelijke aan Verwerker de opdracht gegeven om de Gegevens te verwerken namens de Verantwoordelijke op de wijze zoals omschreven in Annex 1 in overeenstemming met de bepalingen van deze privacy-voorwaarden.
  • Verwerker verwerkt de Gegevens uitsluitend in overeenstemming met deze privacy-voorwaarden, met name met hetgeen is opgenomen in Annex 1. Verwerker bevestigt de Gegevens niet voor andere doeleinden te verwerken.
  • De zeggenschap over de Gegevens komt nooit bij Verwerker te rusten.
  • De Verantwoordelijke kan additionele, schriftelijke instructies aan Verwerker geven vanwege aanpassingen of wijzigingen in de van toepassing zijnde regelgeving op het gebied van bescherming van persoonsgegevens.
  • Verwerker verwerkt de Gegevens enkel in de Europese Economische Ruimte.

 

  1. Verplichting Verantwoordelijke
  • Verantwoordelijke treft de nodige maatregelen opdat persoonsgegevens, gelet op de doeleinden waarvoor zij worden verzameld of vervolgens worden verwerkt, juist en nauwkeurig zijn en als zodanig ook aan Verwerker worden verstrekt.

 

  1. Geheimhouding
  • Verwerker en de personen die in dienst zijn van Verwerker dan wel werkzaamheden voor hem verrichten, voor zover deze personen toegang hebben tot persoonsgegevens, verwerken de Gegevens slechts in opdracht van Verantwoordelijke, behoudens afwijkende wettelijke verplichtingen.
  • Verwerker en de personen die in dienst zijn van Verwerker dan wel werkzaamheden voor hem verrichten, voor zover deze personen toegang hebben tot persoonsgegevens, zijn verplicht tot geheimhouding van de persoonsgegevens waarvan zij kennis nemen, behoudens voor zover enig wettelijk voorschrift hen tot mededeling verplicht of uit een taak de noodzaak tot mededeling voortvloeit.

 

  1. Geen verdere verstrekking
  • Verwerker zal de gegevens niet delen met of verstrekken aan derden, tenzij Verwerker daartoe voorafgaande, schriftelijke toestemming of opdracht heeft verkregen van Verantwoordelijke of op grond van dwingendrechtelijke regelgeving daartoe verplicht is. Indien Verwerker op grond van dwingendrechtelijke regelgeving verplicht is om de Gegevens te delen met of te verstrekken aan derden, dan zal Verwerker de Verantwoordelijke hierover schriftelijk informeren, tenzij dit niet is toegestaan onder de genoemde regelgeving.

 

  1. Beveiligingsmaatregelen
  • Verwerker zal – rekening houdend met de van toepassing zijnde regelgeving op het gebied van bescherming van Gegevens, de stand van de techniek en de kosten van tenuitvoerlegging – technische en organisatorische beveiligingsmaatregelen treffen om de Gegevens te beveiligen tegen verlies of tegen enige vorm van onrechtmatige verwerking. De beveiligingsmaatregelen die thans zijn genomen, zijn in Annex 2 bepaald.
  • Verwerker zorgt voor maatregelen die er mede op gericht zijn onnodige verzameling en verdere verwerking van persoonsgegevens te voorkomen.
  • De gegevens worden uitsluitend opgeslagen en verwerkt binnen de Europese Economische Ruimte.

 

  1. Toezicht op naleving
  • Verwerker zal verantwoordelijke op diens verzoek en voor diens rekening inlichtingen verschaffen over de Verwerking van de Gegevens door Verwerker of Sub-verwerkers. Verwerker zal de gevraagde inlichtingen zo snel mogelijk verstrekken, doch uiterlijk binnen vijf werkdagen.
  • Verantwoordelijke heeft eenmaal per jaar en voor eigen rekening het recht om een door Verantwoordelijke en Verwerker gezamenlijk aan te wijzen onafhankelijke derde een inspectie te laten uitvoeren om te verifiëren of Verwerker de verplichtingen onder de AVG en deze verwerkersovereenkomst nakomt. Verwerker zal daaraan alle redelijkerwijs noodzakelijke medewerking verlenen. Verwerker heeft het recht om haar kosten die gepaard gaan met de inspectie in rekening te brengen bij Verantwoordelijke.
  • Verwerker zal in het kader van haar verplichting onder lid 1 van dit artikel aan Verantwoordelijke dan wel een daartoe door Verantwoordelijke ingeschakelde derde in ieder geval:

 

  • Alle relevante inlichtingen en documenten verstrekken;
  • Toegang verlenen tot alle relevante gebouwen, informatiesystemen en gegevens.

 

  • Verantwoordelijke en Verwerker zullen zo spoedig mogelijk na het gereedkomen van het rapport met elkaar in overleg treden om de eventuele risico’s en tekortkomingen te adresseren. Verwerker zal op kosten van Verantwoordelijke maatregelen nemen om de geconstateerde risico’s en tekortkomingen op een voor Verantwoordelijke acceptabel niveau te brengen respectievelijk op te heffen, tenzij partijen schriftelijk anders overeen zijn gekomen.

 

  1. Datalek
  • Zo spoedig mogelijk nadat Verwerker kennis neemt van een incident of datalek dat (mede) betrekking heeft of kan hebben op de Gegevens, stelt Verwerker Verantwoordelijke hiervan op de hoogte via de bij Verwerker bekende contactgegevens van Verantwoordelijke en zal Verwerker informatie verstrekken over: de aard van het incident of de datalek, de getroffen Gegevens, de vastgestelde en verwachte gevolgen van het incident of datalek op de Gegevens en de maatregelen die Verwerker heeft getroffen en zal treffen.
  • Verwerker zal Verantwoordelijke ondersteunen bij meldingen aan betrokkenen en/of autoriteiten.

 

  1. Sub-verwerkers
  • Indien Verwerker op grond van de Overeenkomst zijn verplichtingen mag uitbesteden aan derden, legt Verwerker aan de betreffende derde deze privacy-voorwaarden op, dan wel sluit Verwerker met deze sub-verwerker een (sub)verwerkersovereenkomst betreffende de verantwoordelijkheden en verplichtingen van de sub-verwerker.

  

  1. Medewerkingsplichten en rechten van betrokkenen
  • Verwerker zal Verantwoordelijke op verzoek medewerking verlenen in geval van een klacht, vraag of verzoek van een betrokkene, dan wel onderzoek of inspecties door de Autoriteit Persoonsgegevens.
  • Verwerker zal Verantwoordelijke op dienst verzoek en voor diens rekening bijstaand bij het uitvoeren van een gegevensbescherming-effectbeoordeling.
  • Als Verwerker rechtstreeks van een betrokken een verzoek om inzage, correctie of verwijdering van zijn of haar Gegevens ontvangt, informeert Verwerk Verantwoordelijke binnen twee werkdagen over de ontvangst van het verzoek. Verwerker voert zo snel mogelijk alle instructies uit die Verantwoordelijke schriftelijk aan Verwerker geeft als gevolg van zodanig verzoek van betrokkene. Verwerker treft de noodzakelijke passende technische en organisatorische maatregelen die nodig zijn om te voldoen aan dergelijke instructies van Verantwoordelijke.
  • Indien instructies van Verantwoordelijke aan Verwerker strijd opleveren met enige wettelijke bepalingen omtrent gegevensbescherming, meldt Verwerker dit bij Verantwoordelijke.

 

  1.  Duur en beëindiging
  • Deze privacy-voorwaarden zijn geldig zolang Verwerker de opdracht heeft van Verantwoordelijke om Gegevens te verwerken op grond van de Overeenkomst tussen Verantwoordelijke en Verwerker. Zolang door Verwerker Werkzaamheden worden verricht ten behoeve van Verantwoordelijke zijn deze privacyvoorwaarden op deze relatie van toepassing.
  • Indien Verwerker op grond van een wettelijke bewaarplicht bepaalde gegevens en/of documenten, computerdisks of andere gegevensdragers waarop of waarin zich Gegevens bevinden gedurende een wettelijke termijn moet bewaren, dan zal Verwerker zorgdragen voor de vernietiging van deze gegevens of documenten, computerdisks of andere gegevensdragers binnen 4 weken na beëindiging van de wettelijke bewaarplicht.
  • Bij beëindiging van de Overeenkomst tussen Verantwoordelijke en Verwerker kan Verantwoordelijke aan Verwerker verzoeken om alle documenten, computerdisks en andere gegevensdragers, waarop of waarin zich gegevens bevinden, te retourneren aan Verantwoordelijke, voor rekening van Verantwoordelijke. In geval van retournering zal Verwerker de gegevens verstrekken in de vorm zoals bij Verwerker aanwezig.
  • Onverlet hetgeen voor het overige in dit artikel 12 is bepaald, zal Verwerker na beëindiging van de Overeenkomst geen Gegevens houden noch gebruiken.

 

  1. Nietigheid
  • Indien één of meerdere bepalingen uit deze privacyvoorwaarden nietig zijn of vernietigd worden, blijven de overige voorwaarden volledig van toepassing. Indien enige bepaling van deze privacyvoorwaarden niet rechtsgeldig is, zullen partijen over de inhoud van een nieuwe bepaling onderhandelen, welke bepaling de inhoud van de oorspronkelijke bepaling zo dicht mogelijk benaderd.

 

  1. Toepasselijk recht en forumkeuze
  • Op deze privacy-voorwaarden is Nederlands recht van toepassing.
  • Alle geschillen in verband met de privacyvoorwaarden of de uitvoering daarvan worden voorgelegd aan de bevoegde rechter bij de rechtbank Breda, behoudens voor zover dwingend rechtelijke competentieregels aan deze forumkeuze in de weg zouden staan.

 

ANNEX 1

GEGEVENS EN DOELEINDEN

 

PERSOONSGEGEVENS

 

De Verantwoordelijke laat de Verwerker de volgende persoonsgegevens door Verwerker verwerken in het kader van de opdracht, waaronder maar niet uitsluitend, kunnen vallen personeelsadministratie, loonadministratie, financiële verslaglegging:

 

  • Toegangs- of identificatiegegevens (bijvoorbeeld inlognaam / wachtwoord of klantnummer)
  • Naam (initialen, achternaam)
  • Telefoonnummer
  • E-mailadres
  • Geslacht, geboortedatum en/of leeftijd
  • Straat, huisnummer, postcode, woonplaats, land
  • Functie / beroep
  • Kenteken auto
  • Gegevens ID-bewijs (in verband met de Wwft)
  • Financiële gegevens, zowel zakelijk als privé
  • NAW-gegevens en BSN van personeelsleden van Verantwoordelijke

U bepaalt welke persoonsgegevens worden verwerkt en op welke wijze. U bent verantwoordelijk voor deze verwerking.

DOELEINDEN

 

De werkzaamheden waarvoor bovengenoemde Gegevens mogen worden verwerkt, uitsluitend indien noodzakelijk, zijn in ieder geval:

 

  • De werkzaamheden, te beschouwen als de primaire dienstverlening, in het kader waarvan Verantwoordelijke een opdracht heeft verstrekt aan Verwerker;
  • het onderhoud, waaronder updates en releases van het door Verwerker dan wel sub-verwerker aan Verantwoordelijke ter beschikking gestelde systeem;
  • het gegevens- en technische beheer, ook door een sub-verwerker;
  • de hosting, ook door een sub-verwerker.

 

 

CATEGORIEËN VAN BETROKKENEN

 

De persoonsgegevens die verwerkt worden hebben hoofdzakelijk betrekking op natuurlijke personen (betrokkenen) waaronder de medewerkers van Verantwoordelijke en natuurlijke personen die en relatie hebben met Verantwoordelijke (bijvoorbeeld klanten, toeleveranciers, leden, bezoekers, gasten, medewerkers, consumenten, burgers).

 

DERDEN

 

Wij schakelen onder andere deze derden (sub-verwerkers) in bij het uitvoeren van de onderliggende opdracht:

 

  • Onze systeembeheerder (Daemen-ICT)
  • Softwareleveranciers (zoals salarissoftwarepakket NMBRS en Loon van Loon salarissoftware B.V., rapportagesoftware UNIT4 Audition, financiële administratiestoftware Unit4 Accounting, Accountview en/of AFAS, aangiftesoftware AFAS Fiscaal insite alsmede scanprogramma’s Elvy en Basecone.

 

 

ANNEX 2

BEVEILIGINGSMAATREGELEN

 

 

BEVELIGINGSMAATREGELEN

 

De Verwerker heeft ter bescherming van de Persoonsgegevens tegen verlies of onrechtmatige Verwerking in ieder geval de volgende technische en organisatorische beveiligingsmaatregelen getroffen:

  • backup- en herstelprocedures;
  • beveiliging van netwerkverbindingen;
  • bevoegdheden zijn toegewezen aan een beperkt aantal personen die met de uitvoering van de verwerking zijn belast (inclusief een periodieke controle hierop);
  • geïmplementeerd beveiligingsbeleid (incl. periodieke controle en implementatie van

wijzigingen hierop);

  • geheimhoudingsverklaringen in arbeidscontracten;
  • indringeralarm;
  • logische toegangscontrole door middel van wachtwoorden en persoonlijke

toegangscodes;

  • logging en controle van toegang tot de persoonsgegevens;
  • sub-verwerkersovereenkomsten met derden;
  • veilige wijze voor het opslaan van gegevensbestanden.
We gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website zo soepel mogelijk draait. Als u doorgaat met het gebruiken van de website, gaan we er vanuit dat ermee instemt.